Het verhaal van Joeke
“Verbinding in Noord leidt tot betere zorg”
Kun je eerst iets vertellen over de organisatie waar je voor werkt?
Arkin is een grote ggz-instelling in de regio Amsterdam, met verschillende specialismen. Binnen deze organisatie werk ik bij Mentrum. Hier behandelen we cliënten met ernstige langdurige psychiatrische problemen, die soms ook een verslaving, lichamelijke klachten of een licht verstandelijke beperking hebben. Als dat nodig is, begeleiden we ze ook op verschillende levensgebieden zoals bijvoorbeeld wonen, werken, sociale contacten en financiën. Dat doen we zoveel mogelijk in hun eigen omgeving en in samenwerking met hun naasten. Daarom werken wij met FACT-teams die werken in verschillende delen van de stad.
En wat is jouw rol daarin?
Als manager bedrijfsvoering geef ik samen met een manager behandelzaken leiding aan Mentrum Ambulant in Amsterdam Noord. Het gaat hierbij specifiek om de FACT-teams en team Ondersteuning en Herstel. Ik geef dus zelf geen behandelingen, maar ben wel nauw betrokken bij alles daar omheen, zoals financiën, personeelsbeleid en huisvesting. Ook houd ik me graag bezig met samenwerkingen met ketenpartners.
Heb je een voorbeeld van zo’n samenwerking?
Toen enkele jaren geleden de buurtteams zijn opgericht, heb ik gelijk contact opgenomen om te onderzoeken hoe we goed konden samenwerken. De buurtteams zijn plekken in de buurt waar bewoners naartoe kunnen met allerlei sociaal maatschappelijke vragen. Een goed initiatief, zeker ook voor onze doelgroep. Het risico is echter dat er allerlei extra schotten ontstaan tussen verschillende soorten zorg- en hulpverleners, waar cliënten dan de dupe van kunnen worden. Terwijl onze doelgroep al kwetsbaar is en juist behoefte heeft aan laagdrempelige en snelle zorg. Dat wilde ik dus voorkomen door goede afspraken te maken.
Aan wat voor afspraken moet men dan denken?
We hebben bijvoorbeeld een verkorte aanmeldroute voor maatschappelijke opvang en beschermd wonen bedacht, dit noemen we 'de toegangspoort'. Zo kunnen we cliënten die het echt nodig hebben snel en laagdrempelig aanmelden voor deze ondersteuning. We hebben ook een direct lijntje met een participatiemedewerker van de buurtteams, die meedenkt over financiële problemen van cliënten. Bij elk buurtteam is trouwens ook een aandachtsfunctionaris ggz, en zij hebben bij ons een vast aanspreekpunt voor het sociaal domein. Door dergelijke lijntjes kort te houden, te weten wat er speelt en goed samen te werken, zorgen we ervoor dat cliënten in de wijk niet tussen wal en schip raken.
Een ander initiatief is heel praktisch: als iemand niet naar het buurtteam kan komen en een huisbezoek niet mogelijk is, dan kunnen ze gebruik maken van onze locaties.
Waarom is het sociaal domein eigenlijk zo belangrijk voor mentale zorg?
Ik ben ervan overtuigd dat sociaal maatschappelijke problematiek invloed heeft op psychiatrische problematiek. Om een simpel voorbeeld te geven: als mensen geldproblemen hebben, levert dat vaak veel stress op. Die stress heeft weer effect op de mentale gezondheid van mensen. Ook is het zo dat veel van onze cliënten bijvoorbeeld eenzaam zijn en een klein sociaal netwerk hebben. Participeren in de maatschappij, op sociaal gebied en werkgebied, wordt bemoeilijkt door psychiatrische problemen. En mensen met een lagere economische status hebben vaak ook een slechtere gezondheid en daardoor bijvoorbeeld minder mogelijkheden om dingen te ondernemen. Het heeft dus allemaal effect op elkaar. Voor deze mensen is het gewoon moeilijk om een plekje in de maatschappij te vinden.
Wat zijn jullie uitdagingen voor de komende tijd?
Samenwerken heeft voortdurend aandacht nodig, maar ik merk dat er nu al veel bereikt is. We hebben bijvoorbeeld een keer per maand een managersoverleg Amsterdam Extra om te bespreken waar krachten en verbeterpunten liggen als het gaat om de verbinding tussen de ggz en maatschappelijke opvang en beschermd wonen. Parallel daaraan is er ook veel en goed contact met de buurtteams. We zien dat cliënten daar profijt van hebben. In Noord zijn we een voorloper geweest in deze werkwijze die succesvol blijkt. Persoonlijk zou ik heel graag onze werkwijze nu opschalen naar andere stadsdelen in Amsterdam. We zijn al in overleg om tot stedelijke samenwerkingsafspraken te komen.
Tot slot, wat drijft jou zo?
Ik geloof echt dat als cliënten op sociaal maatschappelijk gebied worden ondersteund, dit een bijdrage levert aan hun levenskwaliteit. Ik wil als manager daarom niet op mijn eigen eiland blijven zitten en me inzetten voor het sociaal domein. Hoe beter wij samenwerken en elkaar kennen, hoe beter onze zorg aan onze cliënten. En daar doe je het uiteindelijk voor.